Eisen deelcertificaat Myocardperfusiescintigrafie voor radiologen

Doel

Achtergrond opzetten deelcertificering

De deelcertificering radiologie en nucleaire geneeskunde is uitsluitend bedoeld voor radiologen en nucleair geneeskundigen die zich willen bekwamen in de nucleaire respectievelijk radiologische beeldvorming, om te komen tot een integrale beoordeling van de hybride beeldvormende modaliteiten en daarmee tot een kwalitatieve verbetering van de patiëntenzorg.  Onder hybride modaliteiten worden in dit kader verstaan modaliteiten waarmee zowel anatomie als functie in één onderzoek worden beoordeeld.

Doelstelling van dit deelcertificaat

De houder van het deelcertificaat myocardperfusiescintigrafie (MPS) wordt geacht om MPS-onderzoeken zelfstandig te kunnen uitvoeren en verslaan, zonder tussenkomst van een nucleair geneeskundige.

NB:
Het gaat dus om de volledige uitvoering van het onderzoek, inclusief verslaglegging. Onderaan dit document wordt beschreven wat hieronder wordt verstaan.

-------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Eisen voor het behalen van het deelcertificaat

Optie 1: Wel ervaring met het zelfstandig uitvoeren van myocardperfusiescintigrafie

De radioloog kan aantonen in de afgelopen 4 jaar ten minste 300 MPS onderzoeken zelfstandig te hebben uitgevoerd en verslagen, inclusief de bijbehorende inspannings­proeven. Met zelfstandig verslaan wordt bedoeld het uitsluitend onder eigen naam verslaan van het onderzoek.

Optie 2: Geen ervaring met het zelfstandig uitvoeren van myocardperfusiescintigrafie

De radioloog moet ten minste 150 MPS onderzoeken uitvoeren, inclusief de bijbehorende inspannings­proeven, en als eerste auteur hebben verslagen (inclusief inspannings-ECG), onder supervisie van en mede ondertekend door een bekwaam nucleair geneeskundige. Onderzoeken die in de afgelopen 4 jaar verslagen zijn (tijdens de opleiding of anderszins) mogen worden meegeteld.

Voor beide opties geldt:

-  Voor het leren beoordelen van myocardperfusiescintigrafie gaat het om gated MPS met een technetium gelabeld radiofarmacon.
-  Maximaal 50 van de bovengenoemde aantallen kunnen verkregen zijn door middel van case-based hands-on cursussen, mits deze zijn geaccrediteerd door de NVvR of de NVNG.

Plaats van training

De verrichtingen dienen te hebben plaatsgevonden in instellingen waar een nauwe samenwerking bestaat tussen de afdelingen radiologie en nucleaire geneeskunde (of waar de beide afdelingen gefuseerd zijn), zodat laagdrempelige consultatie is gegarandeerd. De betrokken afdelingen hoeven niet door de RGS (Registratiecommissie Geneeskundig Specialisten) als opleidings­afdeling erkend te zijn, maar moeten in dat geval wel hebben deelgenomen aan de kwaliteitsvisitaties van de NVvR respectievelijk de NVNG.

Cursorisch onderwijs

De radioloog heeft deelgenomen aan de volgende onderdelen van het regionaal cursorisch onderwijs van de NVvR:
-  de 2 dagdelen van het blokonderwijs Nucleaire geneeskunde
-  het dagdeel Nucleaire technieken van de basiscursus Beeldvormende Technieken (BVT-1)
-  het dagdeel Nucleaire technieken van de vervolgcursus Beeldvormende Technieken (BVT-2)

Verder heeft de radioloog een basiscursus ergometrie en ECG–beoordeling gevolgd.

Onderdelen van de uitvoering van een beeldvormend onderzoek zijn:

  • indicatiestelling
  • kennis van de apparatuur
  • protocollering
  • acquisitie
  • stralingshygiënische aspecten
  • supervisie van diagnostisch laboranten en andere paramedische medewerkers
  • gebruik van eventueel benodigde medicamenten
  • handelen in acute situaties
  • kennis van eventuele complicaties en behandeling hiervan
  • diagnostiek en verslaglegging
  • communicatie met patiënten, aanvragers en andere betrokkenen

 

Disclaimer

Aan dit document kunnen geen rechten worden ontleend. De specialist blijft zelf verantwoordelijk voor de eigen bij- en nascholing, en inschatting van het competentieniveau in het kader van de wet BIG (bevoegd mits bekwaam).

 

Geaccordeerd Algemene Vergadering 14 oktober 2015
Gewijzigd 9 november 2015