Eisen deelcertificaat oncologische FDG-PET/CT voor nucleair geneeskundigen

Doel

Achtergrond opzetten deelcertificering

De deelcertificering radiologie en nucleaire geneeskunde is uitsluitend bedoeld voor radiologen en nucleair geneeskundigen die zich willen bekwamen in de nucleaire respectievelijk radiologische beeldvorming, om te komen tot een integrale beoordeling van de hybride beeldvormende modaliteiten en daarmee tot een kwalitatieve verbetering van de patiëntenzorg.  Onder hybride modaliteiten worden in dit kader verstaan modaliteiten waarmee zowel anatomie als functie in één onderzoek worden beoordeeld.

Doelstelling van dit deelcertificaat

De houder van dit deelcertificaat wordt geacht zelfstandig CT’s  van hals, thorax en abdomen te kunnen uitvoeren en verslaan, zonder tussenkomst van een radioloog, echter uitsluitend binnen de grenzen van de multimodale beeldvorming van FDG-PET/CT voor oncologie en detectie van ontsteking en infectie, met uitzondering van orthopedie.

NB:
Het gaat dus om de volledige uitvoering van het onderzoek, inclusief verslaglegging. Onderaan dit document wordt beschreven wat hieronder wordt verstaan.

--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Eisen voor het behalen van het deelcertificaat

Optie 1: Wel ervaring met het zelfstandig verslaan van CT’s

De nucleair geneeskundige kan aantonen in de afgelopen 4 jaar tenminste 300 CT thorax, 300 CT abdomen, en 150 CT hals zelfstandig te hebben verslagen. Met zelfstandig verslaan wordt bedoeld het uitsluitend onder eigen naam verslaan van CT's van diagnostische kwaliteit. Dit kunnen zowel diagnostische CT’s zijn die in combinatie met een PET zijn gemaakt, alsook reguliere CT's  (dus zonder PET-component).

Optie 2: Geen ervaring met het zelfstandig verslaan van CT’s

De nucleair geneeskundige moet tenminste 300 CT thorax, 300 CT abdomen, en 150 CT hals als eerste auteur  hebben verslagen, mede ondertekend door een bekwaam radioloog. Dit mogen diagnostische CT’s zijn die in combinatie met een PET zijn gemaakt, maar het mogen ook reguliere CT's zijn (dus zonder PET-component). Onderzoeken die in de afgelopen 4 jaar verslagen zijn (tijdens de opleiding of anderszins) mogen worden meegeteld.

Voor beide opties geldt:
-  Voor het leren beoordelen van de CT gaat het om state-of-the-art CT’s met intraveneus contrastmiddel; low dose CT’s tellen niet mee.
-  Wanneer in één onderzoek meerdere scanbereiken worden gecombineerd (bijv. CT-hals + CT-thorax + CT-abdomen) kunnen deze alle meetellen voor bovenstaande aantallen.
-  Maximaal 50 van de bovengenoemde aantallen kunnen verkregen zijn door middel van case-based hands-on cursussen, mits deze zijn geaccrediteerd door de NVvR of de NVNG.

Plaats van training

De verrichtingen dienen te hebben plaatsgevonden in instellingen waar een nauwe samenwerking bestaat tussen de afdelingen radiologie en nucleaire geneeskunde (of waar de beide afdelingen gefuseerd zijn), zodat laagdrempelige consultatie is gegarandeerd. De betrokken afdelingen hoeven niet door de RGS (Registratiecommissie Geneeskundig Specialisten) als opleidings­afdeling erkend te zijn, maar moeten in dat geval wel hebben deelgenomen aan de kwaliteitsvisitaties van de NVvR respectievelijk de NVNG.

Cursorisch onderwijs

De nucleair geneeskundige heeft deelgenomen aan de volgende onderdelen van het regionaal cursorisch onderwijs van de NVvR:

-  de twee dagdelen van het blokonderwijs Abdomen-2
-  het dagdeel CT van de basiscursus Beeldvormende Technieken (BVT-1)
-  het dagdeel CT van de vervolgcursus Beeldvormende Technieken (BVT-2)

Onderdelen van de uitvoering van een beeldvormend onderzoek zijn:

  • indicatiestelling
  • kennis van de apparatuur
  • protocollering
  • acquisitie
  • stralingshygiënische aspecten
  • supervisie van diagnostisch laboranten en andere paramedische medewerkers
  • gebruik van eventueel benodigde medicamenten
  • handelen in acute situaties
  • kennis van eventuele complicaties en behandeling hiervan
  • diagnostiek en verslaglegging
  • communicatie met patiënten, aanvragers en andere betrokkenen

 

Disclaimer

Aan dit document kunnen geen rechten worden ontleend. De specialist blijft zelf verantwoordelijk voor de eigen bij- en nascholing, en inschatting van het competentieniveau in het kader van de wet BIG (bevoegd mits bekwaam).

 

Geaccordeerd Algemene Vergadering 14 oktober 2015
Gewijzigd 9 november 2015